Blog 11 augustus 2016
44 kilo suiker
Ik stond van de week meerdere malen in de supermarkt te wachten bij de kassa om af te rekenen. Door mijn ideeën over voeding, kan ik het niet laten regelmatig te kijken op de band wat andere mensen erop leggen. Elke keer verbaas ik me weer over de hoeveelheden snoep en frisdrank die gekocht worden. Alsof het een normaal onderdeel is van de avondmaaltijd, lunch of het ontbijt. Volgens mij was dit 30 jaar terug niet denkbaar, dat er zoveel gesnoept werd. Dit staat mij in elk geval niet bij uit mijn jeugd. Er is nu ook veel meer om te snoepen,
Daarop aansluitend werd ik deze week weer verblijd met een nieuw filmpje van het kenniscentrum suiker. Het filmpje was deze keer kort en bondig, zodat het er misschien wat minder amateuristisch uitzag dan de vorige. Er werd gekeken naar de gemiddelde hoeveelheid suiker die men in Nederland eet. Volgens hun gegevens is dit 44 kilo per persoon per jaar. Ik kom verder op internet ook wel andere getallen tegen en ook bijvoorbeeld 57 kilo suiker per jaar voor Amerikanen. Laten we dus ook gewoon de 44 kilo aannemen. Ze vertellen in de video dat deze bestaat voor 18 kilo aan natuurlijke suikers (uit fruit, maar ook uit brood, aardappelen?) en 26 kilo aan toegevoegde suiker. Kortom, de meeste suiker krijgen we binnen uit toevoegingen in voeding!
Volgens het kenniscentrum is deze 26 kilo 12% van onze totale energie inname, de 18 kg is 9% en maakt in totaal dat koolhydraten 21% vormen van onze energie inname. 21%? Gelooft de professor in de video dit zelf? Mocht dit daadwerkelijk zo zijn, dan hadden we absoluut geen obesitasgolf. Volgens het voedingscentrum (voedingscentrum = kenniscentrum suiker?) moeten ons dieet ongeveer bestaan voor 40-70% uit koolhydraten. Spreekt dit elkaar tegen of niet? Het is inmiddels gemeengoed dat de inname boven de 50% ligt. In vroegere tijden (oertijd) lagen deze verhoudingen totaal anders. Nu wil ik niet meteen reclame maken voor de oer- en paleodiëten, maar wordt eerder uit gegaan van maximaal 30-35% uit koolhydraten. Persoonlijk kan ik met deze verhouding volledig mee. Zelf zal mijn inname niet hoger dan 40% zijn. Dit is denk ik ook zat voor de intensieve duursporter. Mensen die weinig tot niet sporten hebben echt genoeg aan 30%.
Door deze scheve cijfers wordt ook niet voor de gewone consument duidelijk hoe het zit. Ik spreek ook veel te veel mensen die niet snappen dat ze niet afvallen ondanks dat ze weinig eten. Sommigen krijgen ook hulp van een diëtist. Helaas hoor ik dat deze mensen ontzettend hun best doen, maar op het gebied van gewichtsbeheersing meestal de plank misslaan. Het is lastig in deze tijden, de verwarring is ten top. Zoveel meningen scheppen weinig duidelijkheid. Ook ik doe daar aan me dat besef ik. Ik probeer me te richting op logica, eigen ervaring en kennis uit nieuwe (onafhankelijke) onderzoeken. Daar ligt de sleutel en dan hoeft het allemaal niet zo verwarrend te zijn.
Deze week werd er ook druk gesproken over alle verwarring in deze wereld wat betreft voeding. Mensen zouden soms doorslaan en te gezond willen eten. Door te gezond te eten, zouden mensen tekorten oplopen van bepaalde stoffen, omdat deze dan niet meer in hun voeding zitten. De gerechtvaardigde vraag is dan, wat is gezond eten? Dat caloriebeperkende diëten tekorten geven is inmiddels wel duidelijk. Bepaalde nutriënten uit je dagelijkse voeding halen kan ook niet, maar gebeurt nog regelmatig. Dat je ongezond moet eten om alles binnen te kunnen krijgen is ook onzin. Gezond eten bestaat voor mij uit een dieet waar alles in zit wat we nodig hebben. Kortom, vooral onbewerkte producten, geen (of heel weinig) toegevoegde suiker, maar vooral ook voldoende eiwitten, vitaminen, mineralen, sporenelementen, vezels en vooral ook vet!!
Ik ben inmiddels begonnen met een nieuwe site en het schrijven van een overzichtelijk boekje met mijn advies voor een gezond leven. Dit zal nog een paar maanden duren, maar dan hoop ik steeds meer mensen te kunnen bereiken met mijn adviezen en leuke ervaringen te kunnen delen.
Fijn weekend!
Richard Wuisman.